Welke vuistregels gelden bij een waardebepaling?
Met vuistregels voor een waardebepaling kom je tot een indicatieve waarde en (ver)koopprijs van een bedrijf.
Welke vuistregels gelden bij een waardebepaling?
Normaal gesproken is er veel informatie nodig om tot een valide waardebepaling van je bedrijf te komen. In de praktijk wordt er ook vaak gebruik gemaakt van zogeheten vuistregels. Dit zijn manieren om achter op een bierviltje tot een indicatieve waarde en (ver)koopprijs te komen. In deze blog lichten wij deze vuistregels toe met alle voor- en nadelen.
Waardbepaling op basis van de omzet
Een veel gebruikte vuistregel om toto een waardebepaling te komen is op basis van de omzet. De waarde is dan te berekenen door de omzet met een factor (0,8 – 1,2) te vermenigvuldigen. Voor assurantietussenpersonen geldt vaak een factor van 2 á 3 op de doorloopprovisie. Het grootste bezwaar hierbij is dat niet gekeken wordt naar de kostenstructuur, maar naar het rendement van het bedrijf.
Waardebepaling op basis van resultaat
In vrijwel iedere branche is het gebruik van zogenaamde multiples gebruikelijk om tot een prijs van een onderneming te komen. Hierbij is de factor dan een x-aantal keer de ebit (bedrijfresultaat voor belastingen). Hierbij wordt van ebit uitgegaan om een discussie uit te sluiten of er wel of geen rekening gehouden is met de investeringen en afschrijvingen van een bedrijf.
De hoogte van de factor bij deze vuistregel voor een waardebepaling verschilt. Hierbij wordt rekening gehouden met het risicoprofiel van een onderneming en wordt normaliter bepaald aan de hand van het geëiste rendement op het eigen vermogen. Rekening houdend met de schulden (=1/Rel). Rel is hierbij het geëiste rendement op de het geïnvesteerde eigen vermogen. Rekening houdend met de aanwezigheid van rentedragende schulden. Pragmatisch wordt (gemiddeld genomen) uitgegaan van een factor 3 á 4. Dit komt omdat de bandbreedte doorgaans aangehouden wordt door banken.
Tóch is het – zoals wel vaker bij vuistregels – niet altijd vanzelfsprekend dat de factor altijd 3 á 4 bedraagt. Ook kan dit nog verschillen bij een activa- of aandelentransactie. Er zijn dus nog genoeg andere factoren om rekening mee te houden.
Conclusie van vuistregels bij waardebepaling
Uiteindelijk kunnen we wel stelen dat een waardebepaling behoorlijk complex is en dat hier meer bij komt kijken. Met een vuistregel is het dan ook onmogelijk om tot een reële waarde of (ver)koopprijs te komen. Dit komt met name door het feit dat de uitkomsten louter iets zeggen over de kwantitatieve gegevens. En dus niets over de kwalitatieve aspecten van een onderneming.
Vanuit onze ervaring weten wij als geen ander dat juist de kwalitatieve kenmerken het meest van belang zijn om tot een valide waardebepaling te komen. Dit geeft je dan ook reden genoeg om niet al te veel waarde te hechten aan de vuistregels. En om op tijd een bedrijfsovernamespecialist in te schakelen die je hierin begeleidt. Om dit in goede banen te leiden stellen wij ons netwerk van bedrijfsovernamespecialisten ook graag tot je beschikking. Bij vragen kan je altijd vrijblijvend contact met ons opnemen.
Benieuwd naar de waarde van je bedrijf?
Vul dan hier onze gratis waarderingstool in en krijg binnen 5 minuten een goede indicatie van de waarde van je bedrijf.